Principeakkoord CAO Energie 2010-2011

Gerelateerde CAO
Energie
Looptijd
1 mei 2010 tot 1 mei 2011

Loonmutatie
Partijen komen een algemene structurele loonsverhoging overeen van 1,1% per 1 juni 2010.

Uiterlijk in januari 2011 ontvangen de werknemers een eenmalige storting van 0,4% van het jaarsalaris in 2010 in hun Benefit Budget (bij deeltijd en indiensttreding na 1 mei 2010 naar rato).

Arbeidsvoorwaarden

Flexibele contracten
De energiebedrijven bieden gewoon goed werk voor iedereen die er werkt. Partijen bij deze cao hanteren voor de aanstelling van werknemers met flexibele contracten, waaronder uitzendkrachten, werknemers met een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd en tijdelijk ingehuurde werknemers, sociale randvoorwaarden. In de evaluatie van de inzet van de middelen voor de extra werkgelegenheidsmaatregelen wordt tevens betrokken de uitkomst van de evaluatie van de praktijk van de nieuwe afspraken over opeenvolgende arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd.


Arbocatalogi energiebedrijven
In samenwerking met EnergieNed zijn twee arbocatalogi ontwikkeld: een voor de productie- en leveringsbedrijven en een voor de netwerkbedrijven. In aanvang is een beperkt aantal risico’s behandeld. Partijen bij de cao’s PLB en NWB besluiten over het vervolg van dit project in hun eigen sector.


Splitsing van de energiesector
De energiesector is volop in beweging. De energiebedrijven zullen aan het einde van dit jaar allemaal gesplitst zijn in een productie- en leveringsbedrijf (PLB) en een netwerkbedrijf (NWB). Er is dan een groot aantal nieuwe ondernemingen gevormd: PLB’s met een sterk commerciële oriëntatie, vaak met buitenlandse bedrijven als aandeelhouder, waardoor tevens een meer internationale oriëntatie is ontstaan en de NWB’s met als taak het beheer van de energie-infrastructuur en in eigendom van de overheid.

De Werkgeversvereniging WENb heeft gedurende de looptijd van de vorige cao onderzocht welke gevolgen deze strategische ontwikkelingen hebben voor de arbeidsvoorwaarden en -verhoudingen van de energiesector. Dit onderzoek naar de ‘Veranderende energiewereld’ is eind 2009 afgerond.

Uit het onderzoek blijkt dat de verschillen tussen de karakteristieken van de NWB’s en de PLB’s groot zijn. De NWB’s zijn homogeen en geografisch gebonden. Zij zijn daardoor geen directe concurrenten van elkaar. Zij hebben veel gemeenschappelijke belangen en zijn (daarom) tot samenwerking bereid, onder andere op terreinen zoals arbeidsmarktbenadering en opleidingsbeleid.

De PLB’s daarentegen verschillen onderling sterk, concurreren rechtstreeks met elkaar en met niet (in de WENb) georganiseerde energiebedrijven en hebben (daarom) veel meer behoefte aan een eigen identiteit/profiel. Deze bedrijven willen zich niet alleen in de producten- en dienstenmarkt maar ook op de arbeidsmarkt onderscheiden.

Het gevolg is dat beide bedrijfstypen geheel verschillende businessstrategieën ontwikkelen. Dit leidt ook tot het uiteenlopen van de oriëntatie op arbeidsverhoudingen en -voorwaarden. De NWB’s zoeken samenwerking waar dat mogelijk is. Zij willen zoveel mogelijk regelen in een gemeenschappelijke cao. De PLB’s opteren voor een cao op hoofdlijnen die zoveel mogelijk ruimte biedt om zaken op bedrijfsniveau af te spreken.

Voorgaande constateringen leidden tot de conclusie dat ook in arbeidsvoorwaardelijk opzicht scheiding van de sectoren NWB en PLB onvermijdelijk is.

Bron: Principeakkoord CAO Energie 2010-2011, Abvakabo FNV, 23 april 2010. via CAOWijzer.com | altijd de juiste inlenersbeloning
 
Loading...